Panda Noir
Esmé Gabeler is vocalist, songschrijver, gitarist en toetsenist in de band Panda Noir. De vierkoppige band uit Haarlem vroeg een bijdrage aan bij het Sena Performers Muziekproductiefonds voor hun nog te verschijnen debuutalbum. De aanvraag werd toegewezen.
“Fondsen en subsidies zijn ontzettend belangrijk voor muzikanten. De kosten die je maakt om muziek op te kunnen nemen, liggen namelijk erg hoog. Je betaalt al snel tienduizend euro om een album te maken. Natuurlijk leg je zelf spaargeld in voor de financiering van een opname, maar het is fijn als je ook een deel via crowdfunding of een subsidie kunt financieren. We kregen zelfs les over subsidies op onze opleiding, waar Panda Noir is ontstaan. Voor een opdracht bij het vak entrepreneurship op het Conservatorium Haarlem moesten we een subsidieaanvraag schrijven. Zo leerden we over inkomensstromen voor muzikanten en het bestaan van Sena en Buma/Stemra. Toen een band waar ik achtergrondzang deed bij het Sena Performers Muziekproductiefonds een aanvraag deed en deze werd toegewezen, besloot ik er ook een te schrijven voor Panda Noir.”
Panda Noir
“Ik kom uit een muzikaal gezin, met ouders, een broer en een zus die allemaal een instrument bespelen. Ik ben de enige die naar het conservatorium is gegaan; in 2018 ben ik afgestudeerd met hoofdvak zang bij de afstudeerrichting Pop. Om rond te komen geef ik zangles en doe ik sessiewerk. Op die manier kan ik mijn huur betalen en rondkomen van de muziek. Ook mijn bandleden in Panda Noir, Keanu Spruit Bleeker (bas), Bonno Heijke (gitaar) en Koen van Dijk (drums), kunnen op deze wijze leven van de muziek. Ik leerde ze kennen op het conservatorium. Daar ontstond Panda Noir. Omdat het onderling ontzettend klikt besloten we na ons afstuderen verder te gaan met Panda Noir en onze schouders eronder te zetten. Het doel is om uiteindelijk een supergrote band te worden met een optreden op Lowlands, een 3FM Megahit, voorprogramma van een vette band en duizend albums. Tot nu toe hebben we twee singles uitgebracht, dus we staan nog helemaal aan het begin.”
Indierockalternativepoppish
“We maken muziek die we zelf ‘indierockalternativepoppish’ noemen. De liedjes gaan over situaties die ik heb meegemaakt of van anderen over heb gehoord. Ik laat de stap van het onbezonnen leven van een jongvolwassene naar volwassenheid horen. De liedjes gaan over de onmacht van het verliefd zijn, van vallen en opstaan, van geluk en keihard op je bek gaan. De vrijheid, maar ook de eenzaamheid van leven in een stad, je opgesloten voelen en twijfel over je toekomst. Ons debuutalbum zal ongeveer tien tot twaalf liedjes tellen. We brengen het in eigen beheer uit. Ik weet hoe lastig het is om een platendeal te scoren, dus doen we het zelf.”
Popronde
“Op het conservatorium hadden we het geluk dat we een mooie studio tot onze beschikking hadden. Die is er nu niet meer. Dankzij het Sena Performers Muziekproductiefonds kunnen we nu de stap van oefenruimte naar studio zetten. De aanvraag dwingt je om een plan te maken voor een release. Dankzij de toelage komt er druk achter, doordat een gedeelte van de toelage een lening is die je binnen twee jaar moet terugbetalen. Dat werkt supergoed als stok achter de deur. Ondertussen schrijven we het album af, proberen we optredens te krijgen en nemen we deze zomer het hele album op. Uiteindelijk hopen we dit jaar tijdens de Popronde te mogen spelen, opgepikt te worden door 3FM en als voorprogramma mee te mogen met een bekende toffe band. Een album helpt ons om dat doel te bereiken. Het is hard werken, als creatief zelfstandig ondernemer. Soms maak ik mij daar zorgen over, zeker in een tijd als nu, met het coronavirus. Dat maakt het ook uitdagend. Mijn ouders vertrouwen er op dat ik mijn weg wel vind.”
Fotografie: Zoë Heijke
