Social Facebook Instagram LinkedIn Youtube

De Wet op naburige rechten

 

De Wet op naburige rechten

Sinds 1 juli 1993 is in Nederland de Wet op de Naburige rechten van kracht. In de loop der jaren zijn er door de Nederlandse Staat en de Europese Unie meer verdragen gesloten. Daardoor wordt een steeds groter aandeel van die muziek beschermd en moeten wij aan steeds meer rechthebbenden een vergoeding doorbetalen. De tarieven voor een muzieklicentie zijn hier dan ook op aangepast, omdat er steeds meer beschermd repertoire gedraaid wordt in een onderneming, online of op radio en televisie.

De Nederlandse Wet op de naburige rechten (WNR) is in 1993 ingevoerd en geeft een uitvoerend kunstenaar, film- of platenmaatschappij of omroeporganisatie het recht:

  • Te beslissen of een uitvoering mag worden opgenomen;
  • Te beslissen of een opname vermenigvuldigd en op de markt gebracht mag worden;
  • Te beslissen of een opname uitgezonden of vertoond mag worden of ten gehore gebracht.

Op commerciële basis uitgebrachte muziek mag altijd worden uitgezonden of ten gehore gebracht mits er een billijke vergoeding voor wordt betaald. Er is dus sprake van een vergoedingsrecht. Het overtreden van de Wet op de naburige rechten is strafbaar. Bij de invoering van de WNR heeft de overheid Sena de opdracht gegeven om op basis van de Wet op de naburige rechten de vergoedingsrechten van alle Nederlandse artiesten en platenproducenten te regelen.

Een recent voorbeeld van een dergelijke wetswijziging is het RAAP-PPI arrest van het Europese Hof van Justitie. Dit heeft geleid tot een wetswijziging in Nederland per 1 januari 2021. Als gevolg van deze wetswijziging zijn wij genoodzaakt een toeslag te factureren aan muziekgebruikers.

De wetswijziging komt erop neer dat het repertoire waarvoor wij innen is uitgebreid. Op basis van de Wet op de Naburige Rechten was voorheen alleen repertoire, waarvan de oorspronkelijke mastereigenaar (de eigenaar van de oorspronkelijke mastertape) gevestigd is in een land dat het Verdrag van Rome heeft ondertekend, beschermd voor alle vormen van openbaarmaking op basis van het Sena-mandaat. Sinds 1 januari 2021 geldt dat ook repertoire uit alle landen die het WPPT-verdrag

(WIPO Performances and Phonograms Treaty) hebben ondertekend, waaronder de Verenigde Staten, is beschermd en door Sena vertegenwoordigd moet worden. Er is aldus meer repertoire beschermd en wij zijn dan ook genoodzaakt om een toeslag te vragen.

Over de gevolgen van de wetswijziging voor rechthebbenden en muziekgebruikers en om langdurige juridische procedures te voorkomen zijn wij in gesprek gegaan met de Expertcommissie Auteursrecht (“CAR”). Rekening houdend met de belangen van zowel muziekgebruikers als onze rechthebbenden, hebben partijen een onderhandelingsresultaat bereikt en een commercieel akkoord gesloten.

Op de geldende tarieven zijn vanaf 1 januari 2021 de onderstaande toeslagen van toepassing:

2021 + 12,5%
2022 + 26,6%
2023 + 26,6%

 

overzicht-verdragen.png