Social Facebook Instagram LinkedIn Youtube

Göksel Yilmaz

"Het is fijn dat het Sena Muziekproductiefonds open staat voor alle genres"

Göksel Yilmaz is muzikant, vocalist en componist. Voor zijn aanstaande album Göksel Yilmaz and friends vroeg hij een toelage aan bij het Sena Muziekproductiefonds. De aanvraag werd toegewezen.

“Met mijn nieuwe album Göksel Yilmaz and friends wil ik een statement maken tegen hokjesdenken. Wanneer ik gevraagd werd naar wat voor soort muziek ik maak antwoordde ik vaak ‘wereldmuziek’. Maar het is geen wereldmuziek, het is muziek uit het hart. Qua stijl is het bijna niet te plaatsen, er zijn zelfs invloeden uit metal, rock, spoken word, klassiek en pop. Hokjes beperken zowel muziek als muzikant en daarmee ook waar het wordt uitgevoerd en voor wie. Het is fijn dat het Sena Muziekproductiefonds open staat voor alle genres. Een aanvraag schrijven is niet leuk; als muzikant wil je liever muziek schrijven, spelen en opnemen. De aanvraag bij het Muziekproductiefonds is gelukkig niet zo ingewikkeld zoals bij sommige andere fondsen. Zonder de toelage had ik nooit aan dit album kunnen beginnen. Van het geld heb ik een deel van de studio-opnamen en de edits betaald. Om de muzikanten op het album te kunnen betalen begin ik een crowdfundingcampagne. Hopelijk kan ik na de release met ze gaan optreden, zodat ze ook op die manier profiteren van het album.”

“Als Sena-lid sinds 2012 kende ik het Muziekproductiefonds al, maar had het voor mijn vorige twee albums niet nodig. Ik trad toen nog veel op en heb behalve in Nederland ook gespeeld in onder andere Duitsland, Indonesië, Turkije en Zwitserland. Door corona viel dat weg. Mijn publiek is grotendeels Nederlands, al komt mijn muziek uit Turkije. Ik ben geboren in Enschede als zoon van een Turkse gastarbeider. Mijn ouders zijn onderdeel van een alawitische Arabische minderheid uit het zuiden van Turkije, aan de grens van Syrië. Mijn vader houdt van traditionele volksmuziek en politiek geëngageerde troubadours. Toen ik zeven werd, gaf hij mij een saz. Het idee was om, toen de textielindustrie hier stil viel, terug te gaan. Mijn ouders stuurden mij alvast naar Antakya toen ik tien was. Door daar in het schoolorkest te spelen wist ik dat ik de muziek in wilde. Na de middelbare school verhuisde ik terug naar Nederland en ging ik naar het artEZ Conservatorium in Enschede voor de opleiding klassiek gitaar. Ik wisselde het spelen van de saz en de gitaar met elkaar af. Later kwam daar ook de oud bij.”

“Met mijn band Anadolu Ezgisi speelde ik toen al veel. In Nederland en Duitsland was een rijke cultuur van Turkse verenigingsgebouwen. Daar kwamen gastarbeiders samen en vonden veel culturele activiteiten plaats, zoals theater, volksdansen en concerten. Ik heb er als kind ook sazlessen gehad, nu deed ik tours langs dat soort clubs met volksmuziek uit Turkije gezongen in het Turks, Arabisch en Koerdisch waar ik een eigen interpretatie van gaf. Helaas doofde dat circuit eind jaren negentig uit, omdat er geen aanwas van jongeren was. Niet lang daarna ben ik onder eigen naam zelf composities in het Turks gaan schrijven. De invloed van Turkse traditionele muziek is er nog steeds, maar nu ook met invloeden van Arabische en westerse muziek. De inbreng van viool, gitaar en bas maakt het toegankelijker voor westerse oren, al vindt het niet zo makkelijk aansluiting als fado of flamenco. De oosterse toonladders maken het soms lastig voor het publiek. Programmeurs van podia snappen het vaak beter. Zo heb ik gewerkt met het Internationaal Danstheater voor de voorstelling SILK, over de Zijderoute, het Valerius Ensemble, Jan Akkerman, Eric Vloeimans, Matangi Quartet en speelden we bij tv-programma Vrije Geluiden. Optredens waren er onder andere op Music Meeting, Dunya en het Concertgebouw in Amsterdam.”

 

go-ksel-photo-by-ozan-saritepe.jpg