Get Jealous
Lotta Rasva is vocalist, gitarist en componist van de driekoppige punkband Get Jealous. Zij richtte de band op in 2017 aan het ARTez Conservatorium in Enschede, waar de drie bandleden studeerden. Voor de nieuwe, tweede EP Worried vroeg ze een toelage aan bij het Sena Muziekproductiefonds. De aanvraag werd toegewezen.
“De toelage die we van het Sena Muziekproductiefonds kregen voor het maken van onze EP Worries betekent ontzettend veel voor ons. De eerste EP namen we nog zelf op, met de gitaren in de slaapkamer. Deze EP is wat zwaarder van toon en muzikaal gelaagder. Om dat goed op de plaat te krijgen, moesten we het professioneler aanpakken. De toelage gaf ons ademruimte om een producer, de studiohuur en de geluidstechnicus in de arm te nemen en te betalen voor hun werk. Die erkenning van hun toegevoegde waarde is belangrijk. Als band doen we zo niet mee aan het gegeven dat muzikanten en de mensen met wie ze werken niet worden betaald voor hun werk.”
Do It Yourself
“We spraypainten en linodrukken zelf de hoezen van de EP. Die Do It Yourself-aanpak wordt erg gewaardeerd door ons publiek, dat na afloop van optredens vaak vraagt of ze iets van ons kunnen kopen. We treden zowel in Nederland als in Duitsland op, deden mee aan de Popronde en speelden bij 3FM. In de punkscene is het extra belangrijk om een fysieke release te hebben. Op die manier steunen ze je. Dat valt ook onder ondernemerschap, wat we als vak op het conservatorium hebben gehad. Daar leerden we wat voor soorten platendeals er zijn, waar je op moet letten bij samenwerkingen en hoe je een jaarplan moet opstellen. En natuurlijk dat je je werken moet aanmelden bij Sena, Buma en Stemra. We hebben drie keer opgetreden op het Booster talentenfestival, waar Sena ook elk jaar een stand heeft. Daar heb ik een paar keer gekeken en vragen gesteld. Ook heb ik verschillende keren gebeld met Sena toen ik vragen had over hoe ik onze liedjes kon aanmelden. Ik verdiep mij graag in de zaken waar ik mee maken krijg als muzikant.”
Hamburg
“Door veel zelf te doen en uit te zoeken weet je waar je gesprekken over moeten gaan wanneer je besluit met iemand samen te werken. Zo werken we met een Duits muziekbedrijf dat distributie en label services voor ons verzorgt en hebben we sinds kort een Nederlandse boeker. Als band staan we pas in het midden van de beginfase van onze carrière. Het plan is om met zijn drieën eind dit jaar naar Hamburg te verhuizen. Tegen die tijd kunnen we hopelijk ook weer op tournee. Die staat nu al in de steigers.”
Activisme
“We hebben zelf nog niet echt helder hoe we onze muziek zouden omschrijven. ‘Riotpop’ dekt enigszins de lading; het is poppunk met liedjes die maatschappelijke problemen aankaarten en neigen naar activisme. Zo schrijf ik over genderissues en mijn eigen zoektocht daarin, de Black Lives Matter beweging en depressies. Met onze liedjes willen we dergelijke onderwerpen bespreekbaar maken en uitleggen dat het niet eng is om over zulke zaken te praten.”
Ga gek voor je track
“Om onze muziek onder de aandacht te krijgen doen we veel zelf. Natuurlijk gebruiken we social media, maar ik benader ook heel veel blogs en spreek connecties aan bij de radio. Toen we onze eerste single Inside Your Head uitbrachten, werden we benaderd door 3FM om mee te doen aan de challenge Ga gek voor je track. Het idee was dat je als band drie avonden achtereen iets geks zou doen om je liedje op de radio gedraaid te krijgen. Bij elke geslaagde opdracht kreeg je zendtijd voor een derde van je liedje. De eerste opdracht die we kregen was om tijdens de promotiewedstrijd van Go Ahead Eagles in te breken in het stadion. Als ze zouden winnen dan moesten we het clublied spelen voor het supportersvak, bij verlies Hotel California van Eagles. Het werd dat laatste. De supporters waren verdrietig en boos om het mislopen van promotie naar de Eredivisie en reageerden dat af op ons. Eerst werden we nog uitgescholden, daarna werden we geduwd en getrapt en moesten we vluchten. We hebben ons verstopt tot de kust weer veilig was. Aandacht krijgen voor je muziek blijft lastig in Nederland, zeker in de niches.”
